LET OP, dit ontwerp wordt NIET ingevoerd,
dit is een archief tekst.

Besluit van de Vlaamse Regering houdende de voorwaarden voor het rijonderricht en de erkende rijscholen.

Titel 4. Het personeel van een filiaal

Hoofdstuk 1. De categorieën van personeel

Afdeling 1. De rijschooldirecteur

Art. 48.

De rijschooldirecteur is belast met de leiding van de filialen van de rijschool.

De rijschooldirecteur is verantwoordelijk voor het rijonderricht dat gegeven wordt, de administratie, het personeel en voor de interne kwaliteitscontrole.

De rijschooldirecteur waakt erover dat het rijonderricht dat aan kandidaat-bestuurders gegeven wordt, beantwoordt aan de voorwaarden, vermeld in dit besluit.

De rijschooldirecteur is verantwoordelijk voor het gebruik van de leslokalen, de oefenterreinen, het didactische materiaal en de lesvoertuigen.

De rijschooldirecteur ziet erop toe dat de personeelsleden de voorwaarden, vermeld in dit besluit, en de richtlijnen van de minister of zijn gemachtigde volgen.

Art. 49.

In elke rijschool wordt één rijschooldirecteur aangesteld.

Alleen de volgende personen mogen als rijschooldirecteur worden aangesteld:

1° de persoon die beschikt over een geldige directietoelating als vermeld in artikel 63, 2°, artikel 91, eerste lid, 1°, of artikel 213, tweede lid;

2° de persoon die beschikt over een geldig brevet om een rijschool te leiden, uitgereikt door een ander gewest, en die beschikt over een geldige directietoelating als vermeld in artikel 213, vierde lid.

Als de rijschool niet meer over een rijschooldirecteur beschikt, kan, in geval van overmacht en na toestemming van de minister of zijn gemachtigde, de houder van een lestoelating II, III, IV, V of VI, vermeld in artikel 86, §1, 2°, §2, 2°, §3, 2°, §4, 2°, of §5, 2°, of de rijschooldirecteur van een andere rijschool belast worden met de leiding van de filialen van een rijschool gedurende een periode van hoogstens twee jaar vanaf de kennisgeving van de toestemming.

Art. 50.

De functie van rijschooldirecteur kan maar in één enkele rijschool uitgeoefend worden.

Een rijschooldirecteur mag geen activiteiten uitoefenen in filialen van een andere rijschool.

In afwijking van het eerste en tweede lid kan de rijschooldirecteur in het geval, vermeld in artikel 49, derde lid, tijdelijk de functie van rijschooldirecteur uitoefenen in een andere rijschool.