4 MEI 2007. - Koninklijk besluit betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C1, C1+E, C, C+E, D1, D1+E, D, D+E.
Titel IV. De nascholing
Hoofdstuk 1. Algemene bepaling
Artikel 45
§ 1. In dit artikel wordt verstaan onder e-learning: de lessen met hulpmiddelen op het gebied van de informatie- en communicatietechnologie.
§ 1/1. De nascholing waarvan sprake in artikel 3, § 4 houdt het volgen in van lessen in een opleidingscentrum. De nascholing wordt gegeven in modules van ten minste zeven uur die over twee opeenvolgende dagen mogen worden gespreid, waarbij het tweede deel uiterlijk zestig dagen na het eerste deel wordt gegeven. Aan de bestuurder die een nascholingsmodule van ten minste zeven uur heeft gevolgd, wordt door het opleidingscentrum een getuigschrift van nascholing afgeleverd.
Het model van het in lid 1 bedoelde getuigschrift van nascholing wordt door de Minister bepaald.
De nascholing kan ten dele worden gegeven met behulp van hoogwaardige simulatoren of door middel van e-learning, waarvan de nadere voorwaarden door de minister worden bepaald.
§ 2. Elk opleidingscentrum maakt de gegevens met betrekking tot de georganiseerde nascholing en de deelnemers aan deze cursussen op elektronische wijze over aan het Departement, volgens de modaliteiten bepaald door de Minister.
De in het eerste lid bedoelde gegevens kunnen het voorwerp uitmaken van een verwerking met het oog op de doelstellingen die worden vermeld in artikel 75 van het koninklijk besluit betreffende het rijbewijs.
§ 3. Voor elke nascholingscursus worden per gevolgde module van ten minste zeven uur, zeven kredietpunten toegekend.
§ 4. De nascholing omvat ten minste een module over elk van de drie onderwerpen bedoeld in de punten 1 tot 3 van bijlage 1.
De bestuurder mag binnen een periode van vijf jaar die voorafgaat aan de datum van de verlenging van de geldigheidsduur van het bewijs van vakbekwaamheid, vermeld in artikel 13, § 1, niet twee keer dezelfde module volgen. De bestuurder kan twee modules met betrekking tot eenzelfde onderwerp volgen indien hij een herhaling van het onderwerp nodig acht.
Elke bestuurder volgt tijdens de nascholing een module die betrekking heeft op elk van de volgende thema's:
1° defensief of zuinig rijden;
2° verkeersveiligheid.
De module over defensief of zuinig rijden, vermeld in het derde lid, 1°, omvat ten minste drie uur praktisch rijonderricht.
Elke bestuurder mag binnen een periode van vijf jaar die voorafgaat aan de datum van de verlenging van de geldigheidsduur van het bewijs van vakbekwaamheid van de bestuurder, vermeld in artikel 13, § 1, maximaal twaalf uur nascholing met behulp van e-learning volgen.
§ 5. Als een bestuurder van werkgever verandert, wordt voor de verlenging van de geldigheidsduur van het bewijs van vakbekwaamheid, vermeld in artikel 13, § 1, rekening gehouden met de nascholing die al is gevolgd in de periode van vijf jaar die voorafgaat aan de datum van de verlenging.
Artikel 45/1
De volgende opleidingen komen in aanmerking als nascholing als vermeld in artikel 3, § 4:
1° de opleiding voor de bestuurder over het vervoer van gevaarlijke goederen, vermeld in richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land;
2° de opleiding over het vervoer van dieren, vermeld in verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en van Verordening (EG) nr. 1255/97;
3° de opleiding over de omgang met personen met een handicap, vermeld in verordening (EU) nr. 181/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 betreffende de rechten van autobus- en touringcarpassagiers en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2006/2004.
Voor elke opleiding, vermeld in het eerste lid, van tenminste zeven uur waarvan de bestuurder kan aantonen dat hij ze gevolgd heeft binnen een periode van vijf jaar die voorafgaat aan de datum van de verlenging van de geldigheidsduur van het bewijs van vakbekwaamheid, worden zeven kredietpunten toegekend.
In afwijking van het tweede lid, worden voor de opleiding, vermeld in het eerste lid, 1°, veertien kredietpunten toegekend als aan al de volgende voorwaarden voldaan is:
1° de bestuurder kan aantonen dat hij de opleiding, vermeld in het eerste lid, 1°, gevolgd heeft binnen de periode van vijf jaar die voorafgaat aan de datum van de verlenging van de geldigheidsduur van het bewijs van vakbekwaamheid;
2° de bestuurder heeft binnen dezelfde periode van vijf jaar die voorafgaat aan de datum van de verlenging van de geldigheidsduur van het bewijs van vakbekwaamheid de opleiding, vermeld in het eerste lid, 2° of 3°, niet als nascholing in aanmerking laten nemen;
3° de opleiding duurt tenminste veertien uur.
Voor de toepassing van artikel 45, § 4, eerste lid, wordt aangenomen dat de opleidingen, vermeld in het eerste lid, 1° en 2°, betrekking hebben op het onderwerp, vermeld in punt 2 van bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd, voor de nascholing voor categorie C, en dat de opleiding, vermeld in het eerste lid, 3°, betrekking heeft op het onderwerp, vermeld in punt 1 van bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd, voor de nascholing voor categorie D.