23 MAART 1998. - Koninklijk besluit betreffende het rijbewijs.
Titel III. Het rijbewijs
Hoofdstuk IV. Examens
Afdeling 3. Vrijstellingen
Artikel 27
De kandidaat voor het rijbewijs is vrijgesteld van de theoretische en de praktische examens, indien hij aan een van de volgende voorwaarden voldoet :
1° houder zijn van een Belgisch militair rijbewijs waarvan de geldigheid bevestigd is door de militaire overheden, op voorwaarde dat de categorie van de voertuigen vermeld in de kolom « burger » overeenstemt met deze waarvoor de geldigheid wordt aangevraagd, overeenkomstig de bepalingen van artikel 20. Deze vrijstelling is beperkt tot de categorieën AM, A1, A2, A, B en B+E;
2° houder zijn van een Europees rijbewijs of van een buitenlands rijbewijs bedoeld in artikel 23 § 2, 1° van de wet; deze vrijstelling geldt slechts voor dezelfde categorie of voor een gelijkwaardige categorie als deze waarvoor het rijbewijs wordt aangevraagd.
Voor de buitenlandse rijbewijzen moet er daarenboven voldaan worden aan de volgende voorwaarden :
a) het rijbewijs moet afgegeven zijn door het land waar de houder zijn gewone verblijfplaats had op het ogenblik van de afgifte van het rijbewijs;
b) het rijbewijs moet afgegeven zijn vóór de inschrijving in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van een Belgische gemeente.
Om de vervulling van de voorwaarden bedoeld in a) en b) na te gaan, wordt in voorkomend geval de datum van de eerste afgifte, de vervanging of de hernieuwing van het voorgelegde document in aanmerking genomen.
De bepalingen voorgeschreven in a) en b) zijn niet van toepassing op de personen die het bewijs leveren dat zij, op het ogenblik van de afgifte van het rijbewijs, als student ten minste zes maanden ingeschreven waren in het land dat het rijbewijs heeft afgegeven en op de personen bedoeld in het artikel 3 § 1, 3°;
Voor vreemde rijbewijzen worden de geldige categorieën, verkregen ten laatste op de datum die in aanmerking komt overeenkomstig het tweede en derde lid, in aanmerking genomen.
Een Europees rijbewijs, afgegeven ter inwisseling van een buitenlands rijbewijs afgegeven door een Staat waarvan de rijbewijzen niet erkend zijn overeenkomstig artikel 23, § 2, 1°, van de wet, komt niet in aanmerking voor de toepassing van deze bepaling;
3° [ ... ] Opgeheven
4° geslaagd zijn voor de theoretische en praktische proeven georganiseerd na de opleiding bedoeld in artikel 4, 6° en 9°, geldig voor de voertuigcategorie waarvoor het rijbewijs wordt aangevraagd.
Artikel 28
De kandidaat voor het rijbewijs is vrijgesteld van het theoretische examen, indien hij aan een van de volgende voorwaarden voldoet :
1° houder zijn van een Belgisch of Europees rijbewijs geldig voor de categorie :
a) B, C1, C, D1 of D om een rijbewijs geldig voor respectievelijk de categorie of de subcategorie B+E, C1+E, C+E, D1+E of D+E te verkrijgen;
b) C1 of D1 om een rijbewijs geldig voor respectievelijk de categorie C of D te verkrijgen;
c) A1 of A2 sinds ten minste twee jaar afgegeven om een rijbewijs geldig voor respectievelijk de categorie A2 of A te verkrijgen;
2° geslaagd zijn voor het theoretische examen opgelegd krachtens artikel 38 van de wet en geldig voor dezelfde categorie van voertuigen als deze waarvoor het rijbewijs wordt aangevraagd. De kandidaat geniet slechts van deze vrijstelling als hij een getuigschrift van theoretisch onderricht voorlegt, afgegeven door een rijschool.
3° houder zijn van een rijgetuigschrift voor landbouwtractor, bedoeld in bijlage 12, met het oog op het bekomen van een rijbewijs geldig voor de categorie G.
Artikel 29
De kandidaat voor het rijbewijs is vrijgesteld van het praktische examen wanneer hij voldoet aan een van de volgende voorwaarden :
1° [ ... ] Opgeheven.
2° geslaagd zijn voor het praktische examen opgelegd krachtens artikel 38, §3 van de wet, geldig voor dezelfde categorie van voertuigen als deze waarvoor het rijbewijs wordt aangevraagd. De kandidaat kan maar genieten van deze vrijstelling als hij een getuigschrift van praktisch onderricht voorlegt afgegeven door een rijschool.
De kandidaat voor het rijbewijs geldig voor de categorie B volgt daarenboven een scholing van ten minste drie maanden op basis van een voorlopige rijbewijs, bedoeld in het koninklijk besluit van 10 juli 2006 betreffende het rijbewijs voor voertuigen van de categorie B.
3° [ ... ] Opgeheven.
Artikel 30
Elke vrijstelling van het theoretische examen en van het praktische examen wordt op de aanvraag om een rijbewijs, op de aanvraag om een voorlopig rijbewijs vermeld door de overheid bedoeld in het artikel 7 .