16 MAART 1968. - Wet betreffende de politie over het wegverkeer.
Titel V : Strafvordering, bevel tot betaling en burgerlijke rechtsvordering
Hoofdstuk V : Verjaring
Artikel 68
De strafvordering die het gevolg is van een overtreding van deze wet alsmede van de ter uitvoering ervan vastgestelde besluiten, verjaart door verloop van twee jaar te rekenen van de dag waarop de overtreding is begaan; deze termijn bedraagt evenwel drie jaar te rekenen van de dag waarop de overtreding is begaan voor overtredingen van artikel 30, § 1 en §3, 33, 34, § 2, 35 , 37/1, § 4, 37bis, § 1, 1° en 4° tot 6°, en 48.
Referenties:
Artikel 30, § 1
Artikel 30, § 3
Artikel 33
Artikel 34, § 2
Artikel 35
Artikel 37/1, § 4
Artikel 37bis, § 1, 1°
Artikel 37bis, § 1, 4°
Artikel 37bis, § 1, 5°
Artikel 37bis, § 1, 6°
Artikel 48
Artikel 68/1
De invordering bedoeld in artikel 65/1, § 3, verjaart door verloop van vijf jaar te rekenen van de dag waarop het bevel tot betalen van rechtswege uitvoerbaar is geworden.